Soms is het lastig in te schatten wanneer je wel en niet 112 moet bellen als er iets aan de hand is. Bij een acute of levensbedreigende situatie bel je 112 en komt er altijd een ambulance naar je toe. Snij je bijvoorbeeld in je vinger, dan kan je beter de huisarts bellen of zelf naar de eerste hulp in het ziekenhuis gaan.
Twijfel je of je ambulancezorg nodig hebt? Bel dan 112, dan helpt de centralist op de meldkamer je verder. Zij kunnen je ook doorverwijzen naar de huisarts als blijkt dat je toch geen ambulancezorg nodig hebt. Of ga naar moetiknaardedokter.nl en ontdek in 1 minuut of je naar de huisarts kan of ambulancezorg nodig hebt.
Wat gebeurt er als je 112 belt?
Wanneer je 112 belt kom je eerst terecht bij een centrale in midden Nederland. Zij vragen of je de politie, brandweer of ambulance nodig hebt en verbinden je door met de dichtstbijzijnde meldkamer. Blijkt dat je ambulancezorg nodig hebt? Dan krijg je een verpleegkundig centralist aan de telefoon. Hij of zij stelt een aantal vragen, zoals:
- Wat is het adres van het noodgeval?
- Wat zijn de voornaamste klachten?
- Kan iemand de deur opendoen voor het ambulancepersoneel?
Probeer deze vragen zo goed en duidelijk mogelijk te beantwoorden. Als het gaat het om een acute of levensbedreigende situatie wordt er direct een ambulance jouw kant op gestuurd. De verpleegkundig centralist geeft tijdens het gesprek instructies om je in de tussentijd te helpen. Zorg er wanneer mogelijk voor dat de voordeur open staat en dat iemand buiten het ambulancepersoneel kan opwachten zodat zij direct weten waar ze moeten zijn.
Dit gebeurt er als je ambulancezorg krijgt
Wanneer ons ambulanceteam aankomt, bekijken zij direct de situatie en bepalen wat de patiënt nodig heeft. In levensbedreigende situaties gaan ze meteen over tot handelen en proberen ze de patiënt te stabiliseren. Is er verdere zorg nodig? Dan rijdt de ambulancechauffeur naar een ziekenhuis of zorginstelling.
Ondertussen zit de ambulanceverpleegkundige achterin met de patiënt en zorgt hij of zij ervoor dat de patiënt passende zorg krijgt. Eenmaal aangekomen bij het ziekenhuis vindt de overdracht plaats met de dienstdoende arts.
Planbaar vervoer
Wij vervoeren patiënten met spoed, maar vervoeren ook patiënten op afspraak. Bijvoorbeeld vervoer van een ziekenhuis naar een verpleeghuis.
Deze rit wordt door de huisarts of het ziekenhuis ingepland.
Klik hier voor meer informatie over onze soorten vervoerVeelgestelde vragen
Als een ambulance een spoedrit heeft, moet de ambulance binnen 15 minuten aanwezig zijn bij de patiënt. De chauffeur mag dan maximaal 40 kilometer per uur boven de geldende maximumsnelheid rijden. Ook mag de ambulancechauffeur over de vluchtstrook rijden en rood licht, signalen en borden negeren. De ambulancechauffeur doet dit alleen als de verkeersomstandigheden dit toelaat.
Tijdens spoedritten rijden we met sirene en zwaailicht, zodat het overige verkeer de weg kan vrijmaken voor de ambulance en wij zo snel mogelijk bij de patiënt kunnen komen. En de patiënt zo snel en comfortabel mogelijk naar een ziekenhuis kunnen vervoer.
Als een ambulance geen spoedrit heeft, en dus zonder sirene en zwaailicht rijdt, dan moet de ambulancechauffeur zich in principe aan de normale verkeersregels houden. In sommige gevallen mag een ambulance hier vanaf wijken om goede patiëntenzorg te kunnen leveren.
Een ambulance rijdt alleen met sirene en zwaailicht wanneer de ambulance een spoedmelding heeft.
Als je een ambulance zonder sirene en zwaailicht ziet rijden, is de melding dus niet spoedeisend. Bijvoorbeeld bij vervoer van een patiënt van het ziekenhuis naar een verpleegadres.
Wij hebben een speciaal formulier voor mensen die iets zijn verloren in of rond de ambulance. Klik hier voor het verloren eigendommen formulier.